Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Nu ben Ik gekomen, om u te doen verstaan, hetgeen [41]uw volk bejegenen zal [42]in het vervolg der dagen, [43]want het gezicht is nog voor [vele] dagen. 41. Dat is, uwen landslieden, den Joden. 42. Of, in het laatste der dagen, in toekomende tijden. Zie boven hfdst.2 vs.28. 43. Anders: want daar is nog een gezicht [voorhanden] van dezelfde dagen. [Nog een] te weten behalve die gezichten, die gij tevoren gezien hebt, hfdst.7:, hfdst.8:.